Wat is een gletsjer?
Gletsjers zijn heel bijzonder. Misschien heb je er al wel eens over gehoord, of zelfs op een gletsjer geskied. Ze zijn heel lang geleden ontstaan. Maar hoe ontstaan gletsjers eigenlijk? En wat is de invloed van klimaatverandering op de gletsjer? Lees hier alles over gletsjers, speciaal voor kinderen!
Wat is een gletsjer?
Een gletsjer is een grote ijsmassa. Je kan ze vinden in bergachtige gebieden waar het heel koud is, zoals de Alpen of IJsland. Het klinkt misschien gek maar gletsjers stromen ook, net als water. Gletsjers stromen alleen een stuk trager dan water. Ze bewegen slechts een paar centimeter per dag. Daarnaast zijn deze ijsmassa’s zo sterk dat ze het landschap eronder helemaal kunnen veranderen. Een gletsjer is vaak ongeveer 100 meter dik, maar de Aletschgletsjer is zelfs 800 meter dik! De Aletschgletsjer is ongeveer 23 kilometer lang en daarmee de grootste gletsjer van de Alpen. De grootste gletsjer van Europa ligt in Noorwegen, dat is de Jostedalsbreen. Deze gletsjer is ongeveer 100 kilometer lang en 15 kilometer breed!
Hoe ontstaat een gletsjer?
Een gletsjer ontstaat doordat er veel sneeuw valt en deze sneeuw wordt samengedrukt tot ijs. Hiervoor is het belangrijk dat de sneeuw niet de mogelijkheid krijgt om te smelten. Daarom zijn veel gletsjers onstaan in de ijstijd. De laatste ijstijd eindigde 11.700 jaar geleden! Die periode was zo koud dat er heel veel sneeuw viel, vervolgens wordt deze sneeuw langzaam samengedrukt tot een klein laagje ijs. Als dit ieder jaar gebeurd dan ontstaat er een gletsjer. Er wordt gezegd dat er ongeveer 10 meter sneeuw nodig is voor 1 meter ijs. Maar dan is het dus belangrijk dat deze sneeuw niet smelt, want anders kan het nooit ijs worden. Tegenwoordig smelt alle sneeuw voordat het ijs kan worden, en daarom worden gletsjers steeds kleiner. Kijk de video hieronder voor meer uitleg.
Gletsjers vormen het landschap
In de ijstijd was er zelfs een gletsjer in Nederland! De overblijselen daarvan kunnen we nog steeds zien. Denk bijvoorbeeld aan de stuwwal, de Veluwe en de Utrechtse Heuvelrug. Het ijs kwam in de ijsstijd tot deze gebieden en daardoor is een stuwwal ontstaan. Gletsjers duwen namelijk grond en stenen vooruit, hierdoor ontstaat een kleine heuvel. Dit wordt de stuwwal, of ook wel (eind)morene genoemd. Op de eindmorene van een gletsjer in Zwitserland zijn sommige steden gebouwd zoals Zürich en Luzern. Als de gletsjer aan het einde sneller smelt dan hij zich vooruit beweegt, dan ontstaat er een meer.
Daarnaast worden door een gletsjer ook grote en kleine stenen verplaatst. De stenen die gebruikt zijn voor Hunebedden zijn bijvoorbeeld via de gletsjer van Scandinavië naar Nederland verplaatst. Een gletsjer duwt ook stenen naar de zijkant, hierdoor ontstaat vaak een zijmorene. Omdat een gletsjer stenen en grond vooruit en naar de zijkant drukt ontstaat er vaak een breed en U-vormig dal.
Klimaatverandering en gletsjers
De klimaatverandering is bijna nergens zo goed te merken als op gletsjers. Dit komt omdat het ijs aan het einde van de gletsjer sneller smelt, dan dat er ijs aan de bovenkant bijkomt. Meestal is de sneeuw al gesmolten voordat het ijs kan worden. Daarnaast smelt het ijs aan de onderkant van de gletsjer sneller dan ooit. Hierdoor worden de gletsjers steeds korter en dunner. Wil je nog meer weten over gletsjers en klimaatverandering? Kijk dan deze video van SchoolTV.
Gletsjerspleten
Op een gletsjer zijn ook altijd gletsjerspleten. Gletsjerspleten kunnen heel gevaarlijk zijn omdat je erin kunt vallen. Gletsjerspleten ontstaan door de vormen van het landschap onder het ijs. Als het landschap onder het ijs een holle vorm heeft, en dus een soort kuil is, dan wordt al het ijs samengedrukt. Maar heeft het landschap een bolle vorm en gaat het ineens snel naar beneden dan wordt de gletsjer ‘uitgerekt’. Hierdoor ontstaan er scheuren aan de bovenkant van het ijs, dat zijn de gletsjerspleten.
Ook kunnen er prachtige ijs grotten ontstaan in een gletsjer. Deze ontstaan omdat het ijs in de zomer smelt. Daardoor ontstaan er allemaal kleine riviertjes in de gletsjer die het ijs uitslijten. Je kan deze ijs grotten ook van binnen bekijken bij de Stubaier gletsjer, of bij de Hintertuxer gletsjer. Aan het einde van een gletsjertong komen de kleine riviertjes in het ijs samen. Hierdoor ontstaat er een grote uitgeslepen ruimte. In de zomer zijn deze heel gevaarlijk omdat het ijs door de warme temperaturen kan instorten. Maar in de winter is het ijs bevroren en dan zijn er prachtige ijs grotten te zien. Kijk maar op de afbeelding hieronder.
Skiën op gletsjers
Er zijn veel skigebieden die gebouwd zijn op gletsjers. Deze skigebieden zijn heel sneeuwzeker en daarom komen er vaak mensen wintersporten, ook in de zomer! Zolang je op de pistes blijft, hoef je niet bang te zijn voor gletsjerspleten. Op de piste rijden pistebully’s de spleten dicht met sneeuw. Naast de piste kunnen op een gletsjer wel gletsjerspleten liggen, let daarom altijd goed op de waarschuwingsbordjes!
Stoeltjesliften en gondels bouwen op een gletsjer is een stuk lastiger dan in normale skigebieden. Dat komt omdat de liften bij gletsjers op ijs gebouwd worden, en dit ijs beweegt. Hierdoor kunnen de palen van stoeltjesliften of gondels ook verschuiven. Daarom is er altijd veel onderhoud nodig bij deze liften op een gletsjer. Meestal zie je veel sleepjesliften op een gletsjer. Dat heeft er mee te maken dat deze liften makkelijker op ijs te bouwen zijn.